Gepubliceerd op
De Rechtbank Gelderland heeft in de uitspraak van 24 maart 2021 besloten dat het Rijnstate ziekenhuis niet de identiteit van donor 'K34' hoeft prijs te geven.
Het gaat om een kind dat in 1998 is geboren na een fertiliteitsbehandeling van haar moeder in het Rijnstate ziekenhuis. Voorafgaand aan deze behandeling heeft de moeder uitdrukkelijk gekozen voor een zogenaamde 'B-donor', een donor waarvan zijn identiteit later bekend zou worden voor het kind. Dit vond moeder een heel belangrijk aspect en daarom had zij uitdrukkelijk de keuze gemaakt voor donor 'K34". Gedurende de jaren heeft donor K34 zich bedacht en heeft hij aan het ziekenhuis kenbaar gemaakt een zogenaamde 'A-donor' te willen worden. Van A-donoren was de identiteit niet bekend. Inmiddels was het kind al geboren. En ook was inmiddels de Wet Donorgegevens Kunstmatige bevruchting in werking getreden (2004), wat anoniem doneren niet meer mogelijk maakt.
De rechtbank heeft besloten dat het niet mogelijk is om een belangenafweging te maken tussen de belangen van het kind en de belangen van de donor, omdat het een procedure betrof tussen het kind en het ziekenhuis en de belangen van de donor daarin niet meegewogen konden worden. De rechtbank stelt - kort gezegd - dat de wetgever voor dit soort gevallen aan zet is en dat de grens is bereikt wat een rechter kan beslissen.
Voor het kind is dit natuurlijk een zeer teleurstellende uitspraak. Een hoger beroep is nog mogelijk tegen de uitspraak van de Rechtbank Gelderland.
Lees hier de uitspraak van de Rechtbank Gelderland.